Microsoft experimenteert met datacenter onder water

Bevindt de toekomstige cloud zich onder water?
Die kans is aanwezig. Met een nieuw experiment plaatst Microsoft serverracks negen meter onder de zeespiegel. De proef blijkt een succes en maakt een forse besparing op de energierekening van de koeling mogelijk.

De koeling in datacenters is een belangrijke verbruiker van energie. Met Project Natick pakt Microsoft dit probleem aan door servers in koud zeewater te plaatsen, waardoor warmte op natuurlijk wijze kan worden afgevoerd. De warmte is volgens het bedrijf slechts op enkele centimeters van de buitenwand voelbaar. Daarnaast biedt het plaatsen van datacenters in zee de mogelijkheid energie uit zeewater te genereren. Dit kan door gebruik te maken van een turbine of een systeem dat getijdenenergie kan opwekken.

Volgens Microsoft zijn de onderwater serverparken goedkoper en tevens beter voor het milieu. Daarnaast is er geen dure airconditioning meer nodig. Microsoft stelt dat de helft van de wereldbevolking binnen 200 kilometer van de kust woont. Door datacenters in zee te plaatsen kunnen datacenters dan ook relatief dicht bij gebruikers worden geplaatst, wat zorgt voor snellere verbindingen.

Normaliter kost het bouwen van een traditioneel datacenter ongeveer 2 jaar. Microsoft wil dit process verkleinen door de waterbestendige datacenters in massaproductie te nemen. Dan zou een datacenter in slechts 90 dagen volledig operationeel moeten zijn.

De apparatuur zou volgens Microsoft 20 jaar lang mee moeten gaan zonder personeel aan boord. De hardware dient om de 5 jaar vervangen te worden vanwege de snelle ontwikkeling in technologie.

Bron: NY Times